Het kan ook jou zomaar overkomen
Zwijndrecht – “Ik besta weer”, is het eerste wat Patrick zegt als hem gevraagd wordt hoe hij het vindt dat het adres van welzijnsorganisatie Diverz nu ook zijn briefadres geworden is.
Het gaat met Patrick, een man van midden vijftig, mis als hij in september 2019 geopereerd moet worden en niet veel later ook zijn partner het huis verlaat. Als zelfstandige werkte hij altijd in de bouw, maar hij kon na het vertrek van zijn partner de huur van zijn woning niet meer betalen. “Het huren van een kamer was alles wat er nog voor mij overbleef”, vertelt hij. Ook dat eindigde dit jaar, nadat inkomsten uitbleven. “Ik ben in mijn auto gaan slapen. Ik gleed af. Ik voelde mij als een zwerver”, zegt hij. “Waar ik zo naar verlangde was rust, enkel rust”.
Jacqueline Pors, sociaal cultureel werker, bij Diverz ontmoette Patrick een aantal maanden geleden. “Ik vind het moedig dat hij de stap heeft gezet zich bij ons te melden, er is veel schaamte dat weerhoudt om hulp te zoeken”, zegt zij. “Het komt regelmatig voor dat mensen hun woning kwijt raken door bijvoorbeeld een echtscheiding, ontslag of ernstige schulden. Vaak vindt men dan een slaapplaats bij vrienden of familie, die meestal niet bereidt zijn om hen op hun adres in te schrijven. Met het verliezen van je woonadres verlies je ook je briefadres”, vertelt zij verder, “je bent niet langer ingeschreven in de Basisregistratie Personen en dat betekent zoveel als dat je voor de overheid en de instanties eigenlijk niet meer bestaat. Het wordt onmogelijk om bijvoorbeeld een uitkering of ziektekostenverzekering aan te vragen”. Inmiddels zijn er bij Diverz zeven personen met haar briefadres, Norderstedtplein 14. Jaqueline vertelt hoe Diverz ze ondersteunt, “wij helpen mensen bij het aanvragen van het briefadres. De gemeente beoordeelt de aanvraag en als het briefadres is toegewezen maken wij voor drie maanden een plan van aanpak. Samen met de persoon bespreken wij zijn of haar situatie en zoeken wij naar oplossingen”. Zij is eerlijk als zij zegt, “Alles is gericht op het vinden van een woning en dat is best lastig, want zie die maar eens te vinden. Het is als een visuele cirkel, voor het toewijzen van een woning moeten eerst de schulden worden aangepakt, voor de aanpak van schulden is er inkomen nodig en inkomen vraagt om een woonadres”.
Onderwijl kijkt Patrick stilzwijgend voor zich uit, dan zegt hij plots, “ik voel dat er voor mij een toekomst is. Ik wil zo graag weer werken, terug in de maatschappij en mijn eigen brood verdienen. Ik wil een nieuw begin maken in een huurwoning. Een woning voor mijzelf…een eigen plekkie”. Hij is eerlijk als hij zegt dat hij het anders wil gaan doen. “Ik heb veel fouten gemaakt. Ik heb het verkeerd gedaan en vooral niet naar mensen geluisterd die het goed met mij voor hadden. Eigenlijk draaide alles om mij en om het werk. Mijn partner was degene die mij altijd met liefde adviseerde, ik heb haar adviezen niet met mijn liefde beantwoord”.
Op dit moment is Patrick nog bankslaper bij een hele goede vriend die hem niet in de steek gelaten heeft. “Vergeet niet dat als je je huis kwijt raakt veel mensen je niet meer kennen”. Toch overheerst de hoop bij hem als hij zegt, “Ik wil mijn verleden achter mij laten en ik kijk uit naar een huis”.
Click & Collect druppel op
Zwijndrecht / Ambacht – Vanaf woensdag 10 februari a.s. zal het mogelijk worden om bij niet-essentiële winkels (denk bijvoorbeeld aan kledingzaken en kappers) producten te bestellen en af te halen. Aan dit zogenaamde ‘Click & Collect’ zijn wel voorwaarden verbonden, de overheid denkt niettemin dat het de winkeliers weer wat meer perspectief zal bieden. Maar is dat ook zo? De voorzitters van de winkeliersverenigingen De Schoof en Walburg, Wim Bergsen en Robbert Stoopman, spreken zich uit en geven hun stand van zaken.
“Vooropgesteld de maatregelen”, zegt Wim Bergsen, “wij begrijpen heel goed dat de overheid inzet op het beperken van bewegingen en contacten om het coronavirus terug te dringen. Wij snappen ook dat van winkeliers en winkelend publiek daarin verantwoordelijkheid gevraagd wordt. Toch zoeken wij als winkeliers en horeca naar een stip op de horizon, een punt waarbij wij deze crisis achter ons kunnen laten. Uiteindelijk willen wij op korte termijn maar één ding, het allerliefst gewoon weer open”, gaat hij verder, “wij kunnen onze klanten veilig en conform de COVID-19 richtlijnen ontvangen, dit hebben wij al eerder bewezen. Eerlijk gezegd zien wij ‘Click & Collect’ dan ook als een druppel op een gloeiende plaat”.
Robbert Stoopman verduidelijkt als hij zegt dat de afgekondigde versoepeling met een mogelijkheid van ‘Click & Collect’ de nodige vragen bij de winkeliers heeft opgeroepen. “Neem bijvoorbeeld de vier uur tussen het moment van bestellen en ophalen. Dat is voor kleine ondernemers digitaal niet uit te voeren zeker als de bestelling in de avond geplaatst wordt”, vertelt hij, “of wat te denken van het tijdslot bij afhalen, is dat een kwartier of een minuut? En kan er naast contactloos betalen ook contant betaald worden? Het zijn vragen die wij doorgespeeld hebben naar de gemeenten die zij op hun beurt voorgelegd hebben aan de veiligheidsregio. Wij hebben ook geopperd een ‘Pick-up & Ride’ te mogen opzetten in de vorm van een afhaaltent op het parkeerterrein. Wij zijn in afwachting van de reactie van de gemeenten”.
“De horizon waar ik zojuist over sprak”, neemt Wim Bergsen het gesprek over, “die horizon hebben wij als winkeliers liggen op 2 maart. Wordt het, gegeven de huidige maatregelen, nog een aantal weken langer dan kunnen wij met recht zeggen dat het voor velen van ons dramatisch gaat worden. Besef bijvoorbeeld dat het aanschaffen van een pak, een mooie trui of een goed paar schoenen zoiets als een beleving is van voelen en uitproberen. Besef ook”, gaat hij verder, “dat een bezoek aan de kapper een verwenmoment is voor veel mensen. Daar kan ook de aangekondigde versoepeling met een mogelijkheid van ‘Click & Collect’ geen uitkomst voor bieden”.
“Daarom is het goed dat het winkelend publiek weet hoe zwaar deze lockdown drukt op winkeliers en zeker op de horeca en de kappers”, onderstreept Robbert Stoopman. “Ongetwijfeld zal iedereen wel een familielid, vriend(in) of kennis hebben die ondernemer is en mee kunnen voelen hoe hoog zakelijk en privé de druk is. Wim en ik kunnen niet anders dan u nu al danken voor uw steun en uw loyaliteit. Koop bij uw lokale winkelier, hij of zij staat voor u klaar en blijf in de tussentijd gezond!”
Covid-Unit
Zwijndrecht – “Toen op oudejaarsdag aan ons gevraagd werd om cliënten met COVID op te willen nemen stond mij als bestuurder maar één ding te doen, de vraag voorleggen aan de medewerkers of zij daar klaar voor waren”, opent Lilian Bouman ons gesprek. Zij kijkt naar Arjan Heijblom (manager wonen, zorg en behandeling) en Janneke van Pelt (eerst verantwoordelijk verzorgende op de COVID-unit). “Er bestond bij ons geen enkele twijfel over het nemen van onze verantwoordelijkheid bij de vraag die Lilian ons stelde”, vertelt Janneke. “Wij willen het, wij kunnen het, dus wij doen het, hebben wij haar geantwoord”. Arjan vult Janneke aan, “en dan te bedenken dat het opnemen van met COVID besmette cliënten haaks staat op onze prioriteit onze locaties zoveel mogelijk vrij te houden van besmetting”.
“Binnen twee dagen na de genomen beslissing zijn wij gestart met het opvangen van cliënten met COVID op de derde etage van onze locatie Ambachtstaete”, vertelt Lilian, “een locatie (met een indeling van zelfstandige appartementen) die ideaal is voor het bieden van een dergelijke opvang.
Cliënten afkomstig uit hun thuissituatie of het Albert Schweitzer Ziekenhuis en het Beatrix Ziekenhuis herstellen hier van hun behandeling, maar wij vangen ook cliënten op die uitbehandeld zijn en bij ons blijven tot hun levenseinde”.
“Belt het ziekenhuis om ons te informeren dat wij een persoon kunnen verwachten, dan staan wij als team klaar om betreffende cliënt te verwelkomen en met alle zorg te omringen”, vertelt Janneke. “De verblijfsruimte is volledig schoongemaakt en wij zijn omgekleed en beschermd om te voorkomen dat wij risico lopen op besmetting. Aan ons is het vervolgens om mensen die al heel wat hebben meegemaakt vertrouwen en rust te geven. Letterlijk functioneren wij dag en nacht heel dichtbij onze cliënt. Als revalidatie verzorgenden is onze werkhouding overigens een totaal andere”, gaat zij verder, “zijn wij normaal gewend streng te zijn en cliënten te activeren, nu wordt het tegenovergestelde van ons verwacht…rust brengen en cliënten liefdevol begeleiden”.
Lilian geeft aan hoe wezenlijk de communicatie is, “natuurlijk informeer je de eigen cliënten, zij die bij ons verblijven, over de beslissing die wij genomen hebben”, zegt zij. “De COVID-unit is er namelijk voor opvang van personen van buiten en niet voor een eventuele besmetting binnen onze locaties”, voegt Arjan toe, “immers besmettingen in onze locaties vangen wij op binnen de vertrouwde structuur van de woongroep”. “Daar blijft het niet bij”, zegt Lilian, “in het Regionaal Overleg Niet Acute Zorg (RONAZ) ontmoeten wij periodiek onze zorgpartners en stemmen wij de actuele situatie af. Daarbij geven wij dagelijks aan het logistiek coördinatiepunt, ‘de noodrotonde’, onze opnamecapaciteit door, vraag en aanbod komen hier in praktische zin samen. Ons aanbod bestaat voor onze COVID-unit op dit moment uit zes plekken die eventueel uit te breiden zijn naar twaalf”.
Zij glimlacht bij de vraag waar de Swinhove Groep op dit moment staat. “Ik zie hoe wij als organisatie na de eerste COVID-uitbraak van maart 2020 gegroeid zijn in ervaring en zelfverzekerd zijn geworden in het verlenen van onze zorg. Dagelijks staan wij voor de vraag hoe de kans op besmetting zo klein mogelijk te houden en toch de naasten van onze cliënten de mogelijkheid te bieden hen te blijven bezoeken. Het vervult mij dan ook met trots dat onze organisatie zoveel gemotiveerde medewerkers kent die op een bevlogen wijze de zorg geven waarom gevraagd wordt”. Janneke beaamt dit als zij zegt, “wij knallen iedere dag voor hen die aan ons zijn toevertrouwd”.
Medenzeggenschap begint bij binnenkomst
Zwijndrecht – Bewogen, maar nog even betrokken zegt Joke Verhage dat haar werkzaamheden weliswaar niet af zijn maar dat haar termijn erop zit. Acht jaar lang behartigde zij, als voorzitter van de centrale cliëntenraad van de Swinhove Groep, de belangen van de cliënten en hun naasten. “Acht jaar waarin ik met veel plezier mijn rol en verantwoordelijkheden ingevuld en uitgevoerd heb”, vertelt zij. “Boeiende jaren met soms ook moeilijke momenten zoals bij de eerste lockdown toen het hier op slot ging. Je ervaart dan een voortdurend verdriet in je hart. Ik zal mijn werkzaamheden hier gaan missen, maar ik beschouw het als zeer waardevol dat ik er voor kwetsbare mensen mocht zijn”.
Lilian Bouman (bestuurder van de Swinhove Groep) complimenteert Joke als een heel goede voorzitter, “Zij heeft het vermogen om in te voelen wat er onder de cliënten leeft. Daarnaast bezit zij de kwaliteit om de spiegel voor te houden. Ik heb Joke ervaren als deskundig, kritisch en coöperatief, ik zal haar missen”.
Parallel aan het vertrek van Joke als voorzitter start de Swinhove Groep vanaf 2021 met een nieuwe inrichting van de medezeggenschap voor haar cliënten en hun naasten. Dit laatste is een uitvloeisel van de gewijzigde wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (Wmcz). Lilian legt uit wat de verandering inhoudt. “Uitgangspunt is dat cliënten en hun naasten inspraak hebben in zaken die direct van invloed zijn op hun dagelijks leven. Dat betekent dat wij de medezeggenschap in onze organisatie zo dicht mogelijk bij onze cliënten brengen en dat zo laagdrempelig mogelijk. Daarnaast willen wij ook recht doen aan iedere afzonderlijke locatie waar specifieke onderwerpen voor die locatie spelen. Met een duidelijke verdeling in verantwoordelijkheden denken wij de medezeggenschap meer vorm en inhoud te geven”, vertelt zij. “Er is een centrale cliëntenraad waar het accent in verantwoordelijkheid ligt op vlak van beleid, ontwikkelingen, visie en bedrijfsvoering en er is voor elk van onze locaties een specifieke cliëntenraad waar het accent veel meer komt te liggen op de praktische invulling van de dagelijkse zorg. Wij zoeken geschikte kandidaten om invulling te geven aan de diverse functies van inspraak. Voor de centrale cliëntenraad zoeken wij een onafhankelijk voorzitter en twee leden waarvan er één zich richt op de zorginhoudelijke aspecten en de ander op de bedrijfsmatige. Voor de locatie IJsvogel zoeken wij een nieuwe voorzitter van de cliëntenraad. Bovendien zoeken wij voor vier uur per week een ondersteuner”.
“Ik verwacht”, gaat zij verder, “van de leden van de cliëntenraden te horen wat er goed gaat en dat zij actief op zoek gaan naar wat beter kan en zich laten voeden door de cliënten en hun naasten. Dit in tegenstelling tot de leden van de centrale cliëntenraad die mee kunnen denken met de bestuurder, kritisch kunnen zijn en een strategische visie hebben op de ontwikkelingen binnen de ouderenzorg. Met recht kunnen wij dan zeggen dat in onze organisatie de medezeggenschap begint bij binnenkomst”.
Als Lilian tenslotte nog toevoegt dat zij geïnteresseerden aanspoort te solliciteren en de verschillende vacatures rond medezeggenschap graag het eerste kwartaal ingevuld ziet, kijkt Joke haar aan en zegt, “de Swinhove Groep staat als een huis met een bestuurder die aanspreekt en keuzes maakt”. Om potentiële kandidaten enthousiast te maken eindigt zij met, “je kunt iets betekenen in het leven van mensen. Je bent er voor de belangenbehartiging van de cliënten die dat zelf niet kunnen. Zij rekenen op jou”.
Feliz año nuevo!
Nu bijna veertig jaar geleden ontmoette de Zwijndrechtse Edward van der Ent zijn Silvia. Als zoon van kapper van der Ent, die een zaak runde aan het Willem Ruysplein, ging hij net als vele jongeren in die tijd op vakantie naar Spanje. De Costa Brava of zoals in het geval van Edward, Calella aan de Costa del Maresme was de plek waar het allemaal gebeurde en waar het vertier hoogtij vierde. “Nee, Silvia is geen Spaanse”, zegt Edward heel beslist, “het is een echte Catalaanse”. Catalonia een land met een eigen taal, gewoonten, gebruiken en temperament. “Ik ontmoette Silvia op de laatste avond van de vakantie en wij besloten elkaar te schrijven, er groeide iets tussen ons tweeën”, vertelt hij. “Ik spreek over 1982, je had toen alleen de KLM en Iberia maar Silvia had zoveel indruk op mij gemaakt dat ik het jaar erop terugging om haar weer te zien”. Edward en Silvia trouwden in 1995 en samen met hun drie dochters Dorethy Ann, Nora en Audrey wonen zij in hartje Barcelona, dichtbij het centraal station.
Opgenomen in de familie is Edward gek op het land en het leven daar. “Het is hier zoveel relaxter dan in Nederland”, zegt hij. “Het is van mei tot en met oktober zomers en daaromheen gewoon heerlijk aangenaam. Normaal werk ik twee tot drie dagen per week in Madrid, dat is er evenwel dit jaar nog niet van gekomen”, gaat hij verder, “ik heb als financial controller van een wereldwijd concern in onder andere generatoren een drukke en verantwoordelijke baan. Al een jaar werk ik nu vanuit Barcelona, een stad die een mens alles biedt wat maar te wensen valt”.
Edward praat vervolgens honderd uit over een prachtig initiatief in Barcelona dat direct raakt aan zijn roots, het is de Oranjedijkschool een zaterdagschool voor kinderen met Nederlandse ouders die woonachtig zijn in Barcelona en omstreken. Op de Oranjedijkschool leerden en leren zijn dochters Nederlands. “Wat ik belangrijk vind is dat naast dat mijn dochters plezier beleven aan hun studie, zij door het leren van het Nederlands makkelijker toegang hebben tot het studeren aan een Nederlandse universiteit maar vooral ook dat het leren van een extra taal meer kans maakt op een goede baan. Kijk naar mijn oudste dochter”, gaat hij verder, “als hostess krijgt zij juist door het beheersen van de Nederlandse taal veel werk aangeboden (ook al is dat gelet op corona nu wat minder)”. Hij glimt als hij zegt dat de Oranjedijkschool nog niet zo lang geleden vijfentwintig jaar bestond en er een prachtige promotiefilm door de studenten is gemaakt ‘Hola Barcelona’, Oranjedijkschool wij leren Nederlands. “Ga hem maar bekijken op www.oranjedijkschool.com”, roept hij spontaan.
Na op adem te zijn gekomen van zoveel enthousiasme over de Oranjedijkschool, zijn dochters en de mogelijkheden en onmogelijkheden van het leven, komt ook El Gordo (‘de vette’) ter sprake. “Wij waren de laatste twee weken helemaal in de ban van deze werkelijk unieke loterij met een prijzengeld van 2,4 miljard euro”, vertelt hij. Edward legt mij uit hoe deze loterij georganiseerd wordt, “de loterij bestaat uit 172 series van hele loten met vijf cijfers. Een heel lot kost tweehonderd euro. Bijna iedereen koopt een tiende van een lot. Aangezien de series door organisaties, bedrijven of zelfs een dorp gekocht worden weet je van elkaar of je prijs hebt of niet. Het houdt mensen in de greep, en door de vele loten zijn er ook veel winnaars, dat is waar het plezier en het succes op terug te voeren is”.
En dan…..dan nog even Zwijndrecht. Er klinkt geen weemoed maar slechts woorden die terugvallen op mooie herinneringen aan mavo De Morgenster, het Develstein College, VVGZ en de jeugdbrandweer. En zo eindigt ons gesprek en zo eindigt een jaar, “ Gelukkig nieuwjaar, Edward. Feliz año nuevo!”
En de bijdrage zoals opgenomen in Weekblad De Brug:
Alles is bewegen!
Zwijndrecht – “Alles is bewegen en met bewegen kan je niet vroeg genoeg beginnen”, zegt Leon Madlener, bewegingsagoog bij de Swinhove Groep, gedreven en gepassioneerd. Ik ontmoet Leon op één van de Swinhove-locaties bij de introductie van de beweegbox.
“Het Kenniscentrum voor Sport en Bewegen heeft beweegrichtlijnen opgesteld”, vertelt Leon. “Een beweegrichtlijn geeft advies over de hoeveelheid lichaamsbeweging die nodig is voor een goede gezondheid. Volwassenen en ouderen moeten gemiddeld twee en een half uur per week matig intensief bewegen en tweemaal per week spier- en botversterkende activiteiten doen. Matig intensief betekent dat je bij het bewegen een verhoogde hartslag hebt en een versnelde ademhaling. Om bijvoorbeeld de kans op chronische ziekten of dementie op latere leeftijd te voorkomen, is van jongs af aan voldoende intensief bewegen echt een noodzaak”, zo legt hij uit.
Wij gaan terug naar de beweegbox. De Swinhove Groep heeft zeventien van dergelijke beweegboxen in gebruik genomen. De beweegboxen bestaan uit eenvoudige sport- en spelmaterialen en uit zogenaamde stuurkaarten waarop instructies en suggesties staan hoe te bewegen en hoe de materialen te gebruiken. “De bedoeling is dat de gastvrouwen of -heren, maar ook familieleden of mantelzorgers de beweegbox gebruiken om de bewoners meer te laten bewegen”, legt Leon uit. “Wij willen met het gebruik van de beweegbox een goed bewegingsprogramma aanbieden. Heel belangrijk is daarbij ook dat zij een prima aanvulling vormt op programma’s van fysiotherapie en welzijn. Het inzetten van de box als middel om de beweging te bevorderen, leidt bij onze bewoners tot een verbetering van hun algemene gezondheid en daarmee tot meer kwaliteit van leven. Daarnaast bevordert het gebruik van de beweegbox het samenspel met elkaar en geeft het een extra uitdaging bij de dagelijkse activiteiten”, zegt hij, om nog aan te vullen met, “en de beweegbox kan ook van toegevoegde waarde zijn als bewoners zich wat eenzaam voelen en teruggetrokken zijn. Het kan hen stimuleren en activeren”.
De inhoud van de box bevat sport- en spelmaterialen maar ook oefeningen die heel nauw aansluiten bij de normale dagelijkse dingen. Denk dan aan stofzuigen, de tafel dekken of afstoffen. “De oefeningen en het spel kunnen prima aan tafel in de woongroep met elkaar worden gedaan”, vertelt Leon. Dan laat hij wat materialen zien zoals een ballonbal, “hij is zo zacht als een ballon maar stuitert als een bal. Of neem bijvoorbeeld de pittenzakjes”, gaat hij verder, “deze zakjes kan je prima gebruiken als oefening bij de tafel en de oefening zelf heeft de beweging van het ramenzemen”. Enthousiast laat hij vervolgens de waterflesjes zien die gebruikt worden als gewichtjes. Ook de slaghoutjes en de punchballonnen verhogen de activiteit en de gezelligheid aan tafel. “Iedereen die maar wil kan de beweegbox gebruiken, de één zal dat misschien wat sneller doen dan de ander. Ja, soms moet je iemand zelfs verleiden hem te gebruiken”, zegt hij. “Het is een kwestie van oog hebben voor iedere afzonderlijke bewoner. Voor sommigen kan het onwennig zijn, dan is onze benaderingswijze erop gericht te bouwen aan relatie en vertrouwen te geven”.
Als ons gesprek op de vierde etage van het verzorgingshuis is beëindigd en wij op de lift wachten om ons naar de uitgang te begeven, passeert een vrouwelijke collega die al knipogend en lachend zegt, “maar heren wij nemen de trap toch zeker, immers is niet alles tenslotte bewegen”.
De beursvloer smaakt naar meer!
Zwijndrecht – “Het wordt ‘Nosen en Tasten’ vanavond”, maakt Ernst Dambrink van whisky-wijn.nl de deelnemers aan de online whisky proeverij duidelijk. “Ik voer jullie vandaag langs een Ierse, een Amerikaanse en twee Schotse distilleerderijen, daarbij heb ik het lekkerste voor het laatst bewaard”, gaat hij glimlachend verder. De online proeverij is georganiseerd door Diverz om daarmee iedereen te bedanken voor hun bijdrage en inzet aan een succesvol verlopen beursvloer.
Op het computerscherm veren de deelnemers op als Ernst vraagt het eerste glaasje te vullen, “kijk eens naar de kleur”, zegt hij, “en neem serieus de tijd om goed te ruiken”. Hij legt uit dat zeventig procent van de whiskybeleving plaatsvindt via de neus. Het diverse gezelschap amuseert zich kostelijk.
Ook Melanie Barbier projectcoördinator binnen Diverz geniet van dit whisky moment, “het is voor mij bij het afsluiten van onze beursvloer terugkijken, maar vooral ook vooruitkijken. Ik vind het ongelooflijk mooi hoe ondernemers, instanties en organisaties elkaar ook dit jaar weer gevonden hebben in diverse fraaie matches”, zegt zij. “Het is prachtig om te zien dat ondanks de lastige tijd waarin veel bedrijven zich bevinden er toch gezocht wordt naar verbinding. Ik heb vaak horen zeggen, “vertel mij maar wat ik voor je kan doen” en dat bevestigt de kracht van de beursvloer. De kracht is niet te kijken naar het onmogelijke maar naar het mogelijke”, vertelt zij om aan te vullen met, “Ik maak op dit moment binnen Diverz een plan om de beursvloer als instrument een permanente stevige eigen plek te geven”.
De beursvloer heeft succesvolle matches opgeleverd, enkele passeren kort de revue. Zo vertelt Milton Martins van de Rabobank dat hij blij is met het initiatief van Diverz, “onlangs hebben wij ons kantoor in Ambacht gesloten, dankzij de beursvloer hebben wij nu een blijf-van-mijn-lijf huis in Dordrecht blij kunnen maken met een aantal canvasdoeken die wij niet langer gebruiken”. Ook Kitty Nusteling van stichting Beschermde Wieg is blij dat zij in Eldert Smolders met zijn onderneming een match gevonden heeft. “Eldert gaat ons helpen de zichtbaarheid van onze stichting te vergroten”, vertelt zij, “onze missie als stichting is laagdrempelige hulp te bieden aan zorgmijdende zwangere vrouwen. Cruciaal is het dat zij ons weten te vinden en Eldert gaat daar nu bij helpen”. Jeanette Hilman is creative designer, “Ik heb Diverz mijn enthousiasme en inspiratie aangeboden. Ik geloof in de beursvloer als matchmaker”, zegt zij. Jeanette heeft een ‘thank you box’ samengesteld voor alle deelnemers aan de beursvloer. Een box met een inhoud die je even stil doet staan. “In de box vinden de deelnemers bijvoorbeeld ingrediënten voor een thee- en een mindfulness moment, want leven is ruimte maken voor de kleine dingen”, zegt zij.
Een stevige Islay whisky vormt de afsluiter, “zeg maar gerust dat wij bij de finale van onze proeverij zijn aangeland”, zegt Ernst. De deelnemers proeven turf en teer en een enkeling zelfs asfalt. Aan de reacties op de chat valt op te maken dat over smaak niet valt te twisten. Whisky en de beursvloer vormen een prima match, beiden hebben zij karakter, beiden hebben zij inhoud maar bovenal hebben beiden smaak. Het is uitzien naar een nieuw jaar met een nieuwe beursvloer, een beursvloer die smaakt naar meer, nog meer!
Diverz krijgt De Roze Loper uitgereikt!
Zwijndrecht – Een feestelijke stemming heerste er bij Diverz dinsdag 8 december jl. Onder aanwezigheid van wethouder Ronald de Meij werd aan Yvonne Zuidgeest (directeur-bestuurder van Diverz) De Roze Loper uitgereikt.
“De Roze loper?”, zult u zeggen. “Waar staat dat voor?”. De Roze loper is een officieel keurmerk waarmee een welzijns- of zorgorganisatie laat zien dat lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen, transgenders en interseksuelen (LHBTI’s) zich bij hen thuis en veilig kunnen voelen.
Manon Linschoten (projectleider bij Roze 50+), zegt het volmondig “Diverz maakt haar naam waar, zij heeft oog voor de diversiteit onder mensen en dat ook voor de seksuele diversiteit onder hen”. “En nu”, zegt zij met een glimlach, “nu zijn jullie in het bezit van de loper, de sleutel die alle deuren opent”.
Yvonne Zuidgeest beaamt dat. Blij en trots zegt zij, “De Roze Loper is voor ons de kapstok om duidelijk te maken aan onze medewerkers, vrijwilligers, cliënten en bezoekers van de wijkcentra dat zij volstrekt zichzelf kunnen zijn. Wij zijn gelijkwaardig aan elkaar maar wij zijn niet allemaal hetzelfde. Het is voor ons als Diverz zo belangrijk om sociale acceptatie en inclusie van LHBTI’s aandacht te geven”, gaat zij verder. “Aandacht geven leidt tot zichtbaarheid en zichtbaarheid tot bespreekbaarheid”.
“Diverz heeft een geweldige voorbeeldfunctie”, vult Ronald de Meij aan, “er wordt zo snel geoordeeld en veroordeeld. Het is aan ons om door het organiseren van de ontmoeting elkaar beter te gaan begrijpen”, zegt hij, “een wijkcentrum is daarin een echte samenleving in het klein, het is de plek om elkaar te ontmoeten, om zichtbaar te zijn en met elkaar in gesprek te gaan”.
Jos Vlasblom, opbouwwerker bij Diverz is de man van het eerste uur. Enkele jaren geleden startte hij een groep voor roze ouderen. “Aanvankelijk richtte de aandacht voor roze ouderen zich uitsluitend op zorg- en verpleeginstellingen, vertelt hij, “ik vind het heel belangrijk dat sociale acceptatie van LHBTI’s een gezicht krijgt en bij welzijnsorganisaties ondergebracht wordt. Welzijn is in haar activiteiten niet voor niets verantwoordelijk voor het opbouwen van een inclusieve samenleving”, legt hij uit . Gepassioneerd vertelt hij dat Diverz maandelijks een activiteit voor roze ouderen organiseert. “Wij bieden mensen hiermee de mogelijkheid om hun netwerk te vergroten. Samen met hen kijken wij hoe het met hun gaat en waar zij ondersteuning nodig hebben”. Onze aandacht richt zich dan op het wegnemen van de belemmeringen die mensen ervaren, vertelt hij, “mensen durven in een wijkcentrum niet altijd zichzelf te zijn en schermen een stuk van zichzelf af, omdat zij zich niet vrij en veilig voelen. Hierin kunnen wij iets voor hen betekenen”.
Bij het aansnijden van de kleurrijke taart vertelt Ronald de Meij dat De Roze Loper van Diverz een uitnodiging moet zijn voor anderen. “Ik roep instellingen en organisaties op het voorbeeld van Diverz te volgen”, zegt hij. Manon Linschoten sluit zich daarbij aan, “natuurlijk is er nog een hele weg te gaan, maar er is een beweging op gang gekomen en dat is mooi”.
Yvonne Zuidgeest deelt die mening, “Ook wij zien die beweging, daarin nemen wij aanbevelingen ter harte en richten wij ons op onze taak, omdat wij houden van mensen”.
Wilt u meer informatie of doorpraten neemt u dan contact op Jos Vlasblom, Email j.vlasblom@diverz.info of via kantoor op 078 6191276
Tulpen uit
Haar stem spreekt van stilte en ruimte. De stilte en ruimte van het land waar zij woont. Ik ben de grens met Zweden gepasseerd voor een ontmoeting met Mathilde Oosterhoff. Deze geboren en getogen Zwijndrechtse woont alweer sinds 2008 met haar man Mark en de kinderen Finn en Sanna in midden Zweden, in de buurt van Kall om precies te zijn.
“Het avontuur dreef ons”, begint zij enthousiast ons gesprek. “Heel veel mensen laten het bij dromen en praten er veel over, maar blijven uiteindelijk toch thuis op de bank zitten. Zo is er altijd wel een reden om het avontuur niet aan te gaan”. Mathilde vertelt over de aanloop en de keuze voor Zweden. “Mark en ik hebben vanaf het begin het idee gehad dat onze leefomgeving buiten Nederland lag. Wij zijn beiden heel sportief en ook nog gek op de natuur. Toen ons idee te vertrekken verder vorm kreeg, hebben wij ons afgevraagd waar onze ideale plek zich zou bevinden. In Nieuw-Zeeland zijn wij geweest, in Frankrijk en zelfs Slovenië was een optie. Het werd Zweden”. Zij glimlacht als zij zegt, “weet je wat zo heerlijk is aan Zweden, het kent vijf seizoenen. De maanden februari, maart en april noemen wij de voorjaarswinter. De combinatie van veel zon en sneeuw maakt het leven hier dan ideaal”.
Het is half vier als zij thee inschenkt en het praktisch donker is. Ik vraag haar naar de bezigheden.
“Het leven voor ons in Kall is een leven van in en om het huis”, vertelt zij. “Eigenlijk zijn wij altijd bezig met vissen, kanoën, jagen en skiën. Met veertien hectare grond en een eigen bos leven wij letterlijk in en van de natuur. Ja heus, wij houden ons warm met ons zelf gehakte hout”, zegt zij serieus. Dan komen de tulpen plots ter sprake. “Sinds drie jaar run ik met veel plezier een bedrijf in tulpenbollen. Ofschoon ‘de Zweed’ niet echt van bloementuinen houdt en Mark onderwijl op de vrachtauto rijdt in Noorwegen, heb ik daar toch zelf een leuke business aan”, vertelt zij. “Leven in Zweden is leven in een lager tempo”, gaat zij verder, “verwacht bijvoorbeeld niet dat men hier dezelfde dag nog een email zal beantwoorden, daar kunnen soms veertien dagen overheen gaan. ‘De Zweed’ is plichtsgetrouw, werkt hard, koestert zijn vrije tijd en klaagt niet. Slecht weer bestaat niet voor een Zweed, er bestaan alleen slechte kleren”.
Het gesprek verplaatst ons richting Zwijndrecht. “Zwijndrecht”, zegt Mathilde, dat is voor mij de brug, “man wat ben ik daar vaak overheen gefietst, wat heb ik daar een kilometers liggen. Zwijndrecht is ook de (toenmalige) AH aan de Kort-Ambachtlaan. Ik heb daar een heerlijke tijd gehad. Ik werkte met een leuke groep collega’s en wij hadden een geweldig contact met de klanten. Ja, ik kijk daar met heel veel plezier op terug. Zwijndrecht is ook de familie”, gaat zij verder, “wij hebben hen door corona een heel jaar niet ontmoet. Contacten worden anders nu, want wij spreken ze vaak via videobellen maar mochten zij dan hier zijn dan is het contact ook veel intenser”.
Ons gesprek loopt teneinde wanneer de kinderen thuis komen van school, “die hebben het toch zo naar hun zin, door weer en wind spelen zij buiten”, zegt Mathilde.
Ik zie haar vervolgens denken als zij tenslotte zegt dat leven een continue bijstellen van plannen inhoudt. “Hoe flexibeler jij omgaat met je plannen en de uitkomsten daarvan, hoe beter je de kunst van het leven zal begrijpen”, zegt zij, “En als je de kunst van het leven eigen hebt gemaakt, dan…is het af, dan is het leven geleefd”.