Ik stoeide deze week met de vraag hoe ik eigenlijk in het leven sta, met welke kijk en met welke blik. Die vraag was los gemaakt door de tandartsassistente, toen ik voor een vulling langskwam en zij enige benauwdheid in mijn ogen zag. “Bent u voldoende zen?“, vroeg zij met de glimlach van een bruid die op het punt stond de bruidstaart aan te snijden. “Ja hoor, ik heb mijn focus op wat komen gaat“, reageerde ik flauwtjes. “Denkt u maar aan iets wat u fijn vindt of een leuke herinnering waaraan u plezier beleefde“, ging zij verder.
Diezelfde avond betrapte ik mij erop dat ik niet leef vanuit leuke herinneringen of zaken waaraan ik ooit plezier beleefde. U moet weten dat ik een man ben die gevormd is door een tweetal relaties waarin “het NU“ centraal stond. Ik leidde het leven van een goed getrainde circushond die zijn kunstje deed, alles om het de ander naar de zin te maken. Dagelijks een verrassing of iets spontaans in de vorm van een cadeautje en dat vooral zonder enige reden. Of `zomaar` een weekendje weg, aanvankelijk omdat het kon maar al snel omdat het moest. Kortom het leven in “het NU“, volgens mijn gekozen aanpak, werd al snel een vermoeiende bezigheid.
Enfin, daar zat ik thuis op de bank met een onrustig gevoel. Opladen doe ik mij immers niet door te denken aan de dingen van vroeger, bovendien moet ik nog bijkomen van al die georganiseerde `NU-momenten`. Achteloos keek ik wat TV toen het NOS-Journaal een item presenteerde over Joodse Nederlanders rondom 75 jaar bevrijding van kamp Auschwitz. Ik kwam overeind…….
Een oudere dame die geïnterviewd werd zei “Ik heb het gevoel dat ik in de toekomst leef. Wat wil je als gisteren je kleindochter belt en zegt zich verloofd te hebben“. Ik hoorde in haar woorden haar geluk en mijn gedachten kwamen hierin samen. Zachtjes fluisterde ik, “leven is: Dankbaar zijn voor wie je bent, genieten van wat is en vol verwachting zijn over wat nog komt“.